Bol.com auto
Advertentie (no cookies)

Volvo lepelt voortaan een tweeliter viercilinder in het vooronder van de S60 en V60 Polestar. Dit blok vervangt de 3-liter zescilinder, waarmee er bij Volvo weer een mooi klinkende motor naar de eeuwige jachtvelden is geholpen.

Jammer om de mooie sound van de oude zescilinder te moeten zien gaan, maar de nieuwe beresterke viercilinder Drive-E-motor biedt ook voordelen. De nieuwe S60 en V60 Polestar worden dankzij deze motor namelijk sneller, lichter en goedkoper. Zo zie je: elke nadeel heb zijn voordeel!

Sneller

Het tweeliter-blok is voorzien van zowel een turbo als een compressor. Volvo toonde eerder al dat ze met deze techniek 450 pk uit de Drive-E-motor konden halen, maar dat was kennelijk toch te gortig voor het productiemodel, dus is het vermogen teruggeschroefd naar 367 pk en 470 Nm trekkracht. Dat is nog steeds heel veel voor een motor met twee melkpakken inhoud, en 17 pk meer, maar helaas wel 30 Nm minder dan de 3-liter die vervangen wordt. De vierwielaangedreven Volvo’s sprinten nu, mede dankzij de 8-traps automaat, in 4,7 seconden van 0 naar 100 km/u. De elektronisch begrensde topsnelheid bedraagt 250 km/u.

Lichter

De auto’s worden lichter in de neus, want het tweeliterblok is 24 kilo lichter dan de motor die het veld moet ruimen. In de regel betekent dat een beter sturende auto. In totaal wordt de auto 20 kilo lichter.

Goedkoper

Omdat de nieuwe Poolsterren dankzij de nieuwe motor minder CO2 uitstoten in de testcyclus, daalt de BPM en daarmee de prijs. En flink ook: Volvo rekent nu 72.995 euro voor de S60 Polestar en 74.995 euro voor de V60 Polestar. Dat is ruim 25.000 euro goedkoper. Helaas hebben de concurrenten van Audi (S4), Mercedes-AMG (C450) en BMW (340i) wel een zescilinder met vergelijkbaar of beter (theoretisch) verbruik…